gepubliceerd op 15/01/2000 laatste wijziging 03/05/2016 reacties en suggesties: e-mail naar simon kuipers |
Terug
naar de vorige pagina |
De Hongaren hebben niet geprobeerd de overweldiging van Tsjecho-Slowakije te schilderen als een noodzakelijkheid om dit land voor een fascistische contra-revolutie te behoeden. Hoe zouden zij dat ook kun-nen met de bloedige onderdrukking van hun eigen revolte vers in het geheugen! Het feit, dat zij gedwongen waren aan de overmeestering van Praag deel te nemen, is wel een bewijs van eigen onderworpenheid. In „Nepszabadsag", het nieuwsblad van de Hongaarse CP, zegt Peter Veres, dat men in Hongarije van hoog tot laag onverschillig staat ten opzichte van het „socialisme" en alleen maar interesse heeft voor „geld verdienen". Hij betreurt het dat de leden van de beroepsbevol-king niet meer een actieve rol in de politiek spelen. Hij vindt dat de sociologen nu maar eens moeten gaan navorsen hoe het met die poli-tieke inactiviteit eigenlijk gesteld is. De jongeren kunnen zich de „klassenstrijd" niet herinneren en daarom de opvattingen van de „oudere socialisten" ook niet delen. Voor de jeugd is „het Socialisme een vervelende leer geworden". De werkers voelen zich niet tot het „Socialisme" aangetrokken, zoals toen zij nog voor verbetering van hun werk-- en levensomstandigheden moesten strijden. Thans willen zij zich een „bourgeois maatschappelijk stelsel" aanmeten. In datzelfde nieuwsblad schreef Miklos Szanto in een commentaar op Veres:
„We mogen onze ogen niet sluiten voor het feit dat de socialistische opvoedingsmethode
zo goed als volkomen heeft gefaald. Het resultaat van een onderzoek in
de belangrijkste industrieën in Boedapest heeft ons geschokt en onze
illusies vernietigd. Want grote groepen arbeiders zijn onbekend met politieke
stelsels, politieke ontwikkelingen of vooraanstaande politici!"
|
Victor H. Huitink |